donderdag 18 juni 2020

Freud in het Engels

Sigmund Freud is nog steeds een van de meest geciteerde auteurs binnen de menswetenschappen. Die alomtegenwoordigheid is bijzonder. Freud schreef zijn laatste werk, Hoofdlijnen van de psychoanalyse, ruim tachtig jaar geleden. Waarom zou dat werk en alles wat hij daaraan voorafgaand schreef nu nog belangstelling trekken? Eén ding is zeker: zonder de integrale Engelse vertaling, verschenen tussen 1953 en 1974, zou die belangstelling door de jaren heen aanzienlijker kleiner zijn geweest.

Het initiatief voor de Engelse vertaling werd in de jaren twintig genomen door Ernest Jones, een trouwe volgeling van Freud en jarenlang voorzitter van de International Psychoanalytical Association. De vertaling moest Freuds werk toegankelijk maken voor een internationaal publiek en het bovendien wetenschappelijk acceptabel maken voor het medisch-psychiatrische establishment. Om dat laatste te bevorderen werkten de vertalers op last van Jones een aantal stilistische eigenaardigheden van Freud weg en introduceerden ze een objectiever klinkende terminologie.

Ernest Jones (1879-1958)

De eerste vertalingen verschenen al voor de Tweede Wereldoorlog in de reeks Collected Papers, die tevens de basis vormde voor de latere 24-delige Standard Edition, onder supervisie van James Strachey en Anna Freud. De vertaling was een enorme klus, voor een deel ook doordat Strachey een uitvoerige annotatie maakte en over de gehele linie probeerde Freuds teksten conceptueel te standaardiseren. Het resultaat was een canonisering van Freuds werk, die ontegenzeggelijk het fundament legde voor zijn wereldwijde erkenning.

Strachey’s Freudvertaling was echter niet onomstreden. Freud gebruikte een reeks van stijlmiddelen om zijn lezers met hem te laten meedenken. Eén daarvan was het gebruiken van gewone woorden, zoals Verdrängung, Abwehr en Besetzung, die hij vervolgens een plaats gaf in zijn zich ontwikkelende denkkader. Om Freuds werk in vertaling een meer wetenschappelijke status te geven kozen Jones en Strachey echter voor termen die niet naar levende, maar naar dode talen (Latijn en Grieks) verwezen (respectievelijk ‘repression’, ‘defense’ en ‘cathexis’). Door deze en andere ingrepen werd Freuds werk abstracter gemaakt, en kwam het op grotere afstand van de lezer te staan.

Het gaat hier om nuances, maar toch: ‘repression’ is in het Duits ‘Unterdrücking’, en ‘defense’ is ‘Verteidigung’. En ‘Besetzung’ kan beter vertaald worden met ‘occupation’ dan met het esoterische ‘cathexis’. Ernstiger is het als een vertaling ronduit fout is: wie ’Trieb’ systematisch vertaalt met ‘instinct’ introduceert een onnodige betekenisverandering (zoals Strachey in een noot eigenlijk wel toegaf); in de herziene Engelse vertaling wordt terecht het woord ‘drive’ gebruikt. Ich, Es en Über-Ich zijn voor gewone (Duitse) lezers direct invoelbare woorden, terwijl ‘Ego’, ‘Id’ en ‘Superego’ voor een internationaal publiek toelichting behoeven (met uitzondering van misschien van de oude Romeinen).


Bruno Bettelheim, aan wie ik bovenstaande voorbeelden van ‘Fehlleistungen’ (wanprestaties) ontleen, wijdde aan de vertaalproblemen een boekje, Freud and Man’s Soul (1982). Die titel was niet toevallig. Naast ‘psyche’ gebruikte Freud stelselmatig het woord ‘ziel’ (Seele). Bij hem had dat begrip geen religieuze connotaties, maar stond het voor het gehele innerlijk leven van mensen: de hartstochten en de pogingen die te beheersen. In de Standard Edition is ‘seelisch’ echter vertaald als ‘mental’, waardoor de connotatie met het emotionele leven van mensen wordt verdrongen.

In de Engelse vertaling wordt de psychoanalyse een systeem van abstracte, intellectuele constructen, dat voor de lezer emotionele en persoonlijke connotaties zo veel mogelijk vermijdt. De vertalers zijn ervan uitgegaan dat de wetenschap hiermee gediend is: het subjectieve wordt uitgebannen, het objectieve versterkt. Het probleem is natuurlijk dat een menswetenschap zonder aandacht voor subjectiviteit geamputeerd is. Freud wilde het innerlijk leven recht doen door met zijn schrijfstijl gevoelsmatige resonanties bij de lezer op te wekken, en vervolgens stap voor stap de diepere betekenis daarvan te formuleren. Het mag een wonder heten dat deze bedoeling, zelfs achter het plexiglas van de Engelse vertaling, de lezer nog enigszins heeft weten te bereiken.

Bedreef Freud wetenschap?

Bedreef Freud wetenschap of was hij op zijn best een creatieve denker – en op zijn slechtst een onbetrouwbare fantast? Over deze vragen word...